Beste Ruud,
In deze is het criterium van belang uit artikel 8 van het uitvoeringsbesluit OB:
1. Als onderwijs als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel o, 2°, van de wet, wordt aangewezen:
a. beroepsopleidingen verzorgd door: 1°. instellingen die opgenomen zijn in het Instellingenregister Beroepsonderwijs; 2°. natuurlijke personen die opgenomen zijn in het Docentenregister Beroepsonderwijs voor zover het betreft het verzorgen van beroepsopleidingen die niet worden uitgevoerd als instelling als bedoeld onder 1°, of 3°. de uit openbare kassen bekostigde instellingen, genoemd in de bijlage van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek of bedoeld bij de Wet educatie en beroepsonderwijs;
b. algemeen vormend onderwijs, ontleend aan het uit de openbare kassen bekostigde onderwijs dat is vrijgesteld op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel o, 1°, van de wet, met uitzondering van het onderwijs dat een vrijetijdskarakter heeft dan wel dient om vaardigheden in de persoonlijke levenssfeer te verwerven;
Valt u onder a?
Dan is inschrijving in het (C)RKBO noodzakelijk.
Valt u onder b?
Dan is dat niet noodzakelijk en kunt u met succes in verweer tegen de opgelegde aanslag. Sleutel in deze is de vraag of het door de staat bekostigd onderwijs betreft.